Van Traan naar Woord naar Verder
Mijn vorige blog schreef ik op 31 oktober 2023.
Deze blog plaats ik op 5 maart 2024.
Er gingen maanden voorbij, waarin ik telkens startte met schrijven en telkens ook
weer stopte. De winter brak aan, sombere buien kwamen voorbij. Ondertussen lag
ik bij Koon op de tafel met acupunctuurnaalden in mijn lijf, ontmoette nieuwe
mensen, werd weer blij, sprak veel en zweeg nog meer. Ik dacht veel na, maar
ook vaak zonder woorden in mijn hoofd. Mijn gemoedstoestand schommelde enorm:
van op naar neer, van warm naar koud, van donker naar licht. Inmiddels is het
minder weerbarstig en voel ik me goed. Ik denk aan de kaart die jaren boven
mijn bed hing tot ik hem daar weg haalde om in Terschelling aan de wand te
hangen. De getekende vrouw zit in kleermakerszit, met haar ogen dicht, haar handen en hoofd open naar de hemel, in haar buik stroomt het gevoel en haar chakra’s zijn rustig en vol liefde. Ik geloof in die
vrouw. Ik ga me weer laten leiden door haar houding. De houding waarin ik wil
zitten. De houding waarin en waarmee ik wil leven. Met zachtheid naar zichzelf en
de wereld om haar heen. Open om te geven en te ontvangen. Ik besluit dat dit
voorlopig mijn laatste blog zal zijn. Van Traan naar Woord. Van Woord naar Verder.
Winter 2023
Het is niet mijn sterkste periode van
het jaar: de winter. Ik ben heus niet de enige, en ik weet dat het veel erger
kan. Veel mensen hebben niet alleen last van een winterdip, maar van een
winterdepressie. Ik betrap mezelf alleen op meer somberheid. De kou, de wind,
de regen… geef mij maar zon en warmte op de huid. Hoe ouder ik word, hoe meer
ik naar overwinteren elders verlang. Het is het tweede jaar dat Rob en ik naar
de Canarische eilanden gaan in november. Vorig jaar was dat Gran Canaria en
werkten we aan ons boek. Goh, dat is een jaar geleden.
Nu zijn we op Lanzarote
en liggen we weer met temperaturen van boven de 25 graden in november aan een
strand. Wat houd ik toch van de zon, wat houd ik toch van de warmte. De rust na
de hectiek van het restaurant laat mijn gedachten vrij. Heerlijk.
In de loop van de vakantie schieten er herhaaldelijk startzinnen voor een
volgende blog door mijn hoofd. Zoals die ene die gaat over de mooie uitzichten naar
waar we op zoek zijn op zo’n eiland en waar ik steeds minder en minder in
geïnteresseerd raak. De uitzichten die een man als Koon mij brengt met zijn
zienswijze, acupunctuur en healing vind ik eigenlijk zoveel boeiender.
Uitzichten van binnenuit in plaats van bovenop die berg. De berg die bestreden moet worden met onze gehuurde fiets. Een ellenlange zware tocht omhoog, waarin ik
keer op keer binnen mezelf, maar soms ook zeker HEEL HARD hardop roep dat ik
geen zin meer heb om verder te gaan. Geen zin meer heb om door te zetten. Dat
stomme doorzetten altijd. Dat schijnt dan knap te zijn. Nou, ik hoef dat niet
meer. Ik hoef mezelf toch niet meer te bewijzen? Ik kan het heus wel hoor:
doorzetten. Misschien op een andere manier, maar dat fietsen tegen de berg op... ik
heb er géén zin meer in. Bah. Nee, geef mij maar die liggende luiheid in de warme
zon.
Thuisgekomen in Nederland slaat de
koude me weer de cocon in. Ik benijd de mensen die de seizoenen van het jaar,
zoals wij deze kennen in Nederland, waarderen. De seizoenen met al hun
kenmerken. Ik zou best willen dat ook ik meer kon genieten van die felle kou in
het zonnetje in de winter, de nattigheid en de wind door de haren in de herfst,
de geur in de lucht van de lente. Kon ik de seizoenen maar wat meer omarmen in
plaats van dat ik er opstandig van word en wegglijd in het onderzoeken van de
mogelijkheden om daadwerkelijk Nederland te ontvluchten in de koudere dagen.
Eigenlijk is het steeds maar weer hetzelfde met mij: zoek ik een oplossing, of
onderga ik? In de winter word ik eerder opstandig en verzet ik me. Dat helpt me
niet in ieder geval.
Tot ik een maand geleden Filomena
ontmoet. Filomena zegt me twee dingen die me bezighouden in de positieve zin
van het woord. Er zijn momenteel ook veel mensen die me bezighouden in de
negatieve zin van het woord. Waarschijnlijk heeft dat te maken met mijn
somberheid. En waar ik voorheen onzeker werd van mijn eigen zijn en zeggen, waardoor
ik in mijn schulpje kroop, kruip ik nu in mijn schulpje omdat ik moe word van
alle meningen die anderen altijd maar hebben. Meningen over elkaar, over jou,
over zichzelf. En ik doe daar soms blijkbaar, zonder dat ik het door heb, net zo
hard aan mee. Ik wil dan wel oordeel-loos zijn, maar ben dat blijkbaar toch
niet.
En dan, denk ik, kan ik maar beter mijn mond houden.
Ik ontmoet Filomena begin december.
Ze zoekt een dansdocent voor haar volwassen dames. Mijn voortdurende twijfeling
over het weer opstarten van danslessen besluit dit keer maar in te gaan op
de vraag of ik les in haar studio zou willen komen geven. Ik zal naar haar toe
gaan, open zijn in mijn geschiedenis en verder mijn gevoel leidend laten zijn
voor wat betreft mijn beslissing. Ik durf me namelijk nog steeds niet vast te
leggen in reguliere danslessen.
‘Waar ben je bang voor dan?’ vraagt ze. Ik ben bang dat ik beloftes niet kan
waarmaken. Ik weet dat wanneer ik ‘ja’ zeg dat ik dan in ieder geval tot de
zomer zal willen blijven. Wanneer ik eenmaal mensen in mijn les heb dan kan ik
ze niet teleurstellen door er tussendoor mee te stoppen. Ik kan jóu niet
teleurstellen door er tussendoor mee te stoppen. Ik kan mezelf niet
teleurstellen door er tussendoor mee te stoppen, maar ik weet niet of ik die
belofte aan durf te gaan. Het creatieve proces valt me zwaar, iets nieuws
verzinnen stagneert telkens weer. En wanneer ik eraan denk dat ik er altijd
moet zijn om mensen positief en leuk te motiveren om gezellig mee te dansen, zinkt
me de moed me in de schoenen. Ik weet inmiddels heus wel dat ik dat kan, maar
als ik terugdenk aan afgelopen jaar waren de uurtjes vrij me al vaak te weinig
om moeilijke dagen aan te gaan. Verdriet dat zich langzaamaan ophoopte, omdat
er te weinig tijd was om het eruit te laten. En dan zou ik in die uurtjes
dansles moeten gaan geven? Wat als het me halverwege het jaar echt toch te veel
wordt?
Ik leg al mijn twijfels op schoot bij Filomena en word omarmd door zachtheid,
warmte en geduld. Als ik ooit weer moet beginnen met dans op reguliere basis
dan zou dit de juiste plek zijn. Ik krijg alle ruimte om te beslissen en om een
startmoment te kiezen.
Ik vertel de reden waarom mijn dansen
zo lang stil heeft gelegen en de reactie van Filomena is best opvallend: ‘Er
zijn nou eenmaal mensen die langer en mensen die niet zo lang op de aarde
hoeven te zijn om te vertrekken naar het licht’.
Steeds meer dringt door dat dit best een gewaagde opmerking is om te zeggen
tegen iemand die je niet kent. Om te zeggen tegen een moeder die haar kind
verloren is. Maar ik merk dat ik erg rustig word van deze zienswijze. Ik
glimlach om de vanzelfsprekendheid waarmee deze woorden uitgesproken worden,
net zoals Koon dat kan doen. Wat fijn is het eigenlijk als je zonder vragen zit
en daardoor het leven kan nemen zoals het is. Daardoor de dood kan nemen zoals
het is. Dat lijkt me ook zo mooi wanneer je diep gelooft in een God of een
iets. Ik kom er niet goed uit wanneer ik nadenk over wat ik geloof, maar de
woorden van Filomena en de vanzelfsprekendheid waarmee Koon het universum
benadert liggen dicht bij mijn gevoelswereld.
Men zegt altijd tegen me ‘je kind verliezen is het ergste dat je kan overkomen’
en daar heb ik altijd mijn twijfels bij gehad. Er zijn zoveel vormen van
verdriet, gemis, pijn, afscheid; er zijn zoveel oorzaken op te noemen en
problemen waar mensen mee moeten (leren) omgaan in zijn of haar leven.
Chronische pijnen, een incestueus verleden, ziektes als kanker. Er is zoveel,
dat in mijn optiek net zo erg is of kan zijn. Dit is wat ík op mijn bordje heb gekregen
en ik zal hiermee en hierin een weg moeten vinden. Een weg die leven heet. Want
dood wil ik niet. En half leven of somber leven of zeurderig leven wil ik ook
niet. Misschien dat daar inderdaad eigenlijk mijn grootste uitdaging zit, want
wanneer ik me een tijdje somber voel dan word ik onrustig. Het is winter en dat
is niet mijn beste periode van het jaar. Voor iemand die altijd volop het leven
wil voelen, haar hart wil laten overlopen met alles wat ze meemaakt, is het een
hele opgave om toe te staan dat dat allemaal niet gebeurt. Erkennen van gevoel
is toch juist zo belangrijk voor je? Nou, doe dat dan. Omarm deze periode,
omarm de somberheid, kruip terug in je schulp om alles wat je meemaakte en
meemaakt de revue te laten passeren en op waarde in te schatten. Filomena
attendeert me erop dat er veel mensen zijn die juist de winterperiode
aangrijpen om te reflecteren en maakt mijn drang om onder mijn deken te willen
kruipen, weg van de wereld, minder negatief. Onderga het gewoon. Ook hierin
weet ze een snaar te raken die me rustiger maakt. Bijzonder.
Ik combineer deze rust met de woorden van Joris Vincken, die ik al een tijdje
volg. Hij benadrukt dat de heelheid van de mens alleen maar kan bestaan wanneer
je de donkere kant van jezelf omarmt. Ik wil te veel het leuke van het leven.
Het is niet erg om dat na te streven, want dat heeft mij gebracht waar ik nu
ben, maar ik denk dat het beter voor me zal zijn als ik meer in rust en minder
in onrust naar mezelf kan kijken als ik me een tijdje wat minder enthousiast
voel.
Van een vriendin van Joska krijg ik ineens een reactie op mijn laatste blog.
Haar vriendengroep en ik hebben niet veel contact, maar het contact is blijvend
en dat vind ik fijn. Het brengt me terug in de tijd, naar Joska zoals ze was
toen ze de wereld verliet. Ze is dan ineens even aan de oppervlakte heel dichtbij,
in plaats van in de diepte.
De vriendin reageert op het feit dat ik beschrijf hoe lastig ik het vind om te
lezen over al die andere mensen die geliefden zijn verloren aan zelfdoding.
Over hun pijn, over het niet begrijpen, over hun schuldgevoelens, over alle
vragen waarmee ze achterblijven zonder enig briefje van degene die ging. Joska
deed dat zo anders, deed het zo bewust. Waar blijf ik met mijn pijn dan? Het is
namelijk waar dat het me helpt omdát ze er zo duidelijk voor koos. Dat houdt me
altijd op de been, maar hoe doe ik dat dan in vergelijking met al die andere
mensen?
De vriendin schreef me dat pijn pijn is, je dat nooit kunt en mag vergelijken
en dat ik te allen tijde ruimte moet geven aan dat gevoel. Dat sommige dingen
misschien juist moeilijker waren toen ze leefde, omdat het zo duidelijk was
waarmee ze streed en dat alle ingangen om dat open te breken dood liepen. Dat
daar ook pijn zit die een ander wellicht niet heeft hoeven ervaren.
Nee, inderdaad. Je hebt gelijk. Pijn hoef je niet te vergelijken. Net zoals ik
er altijd voor kies om mijn pijn niet groter te maken (‘Het is het ergste dat
je kan overkomen’) hoef ik mijn pijn ook niet kleiner te maken. En gek genoeg
heb ik toch nodig dat dat me af en toe gezegd wordt. Ik heb niet alles altijd
op een rijtje, ook al weet ik dat dat vaak wel zo over komt. Dus vriendin, ook
jij bedankt voor je woorden.
In aanloop naar een vervolgafspraak
met Filomena bekijk ik oude video-opnamen van danslessen van mij aan kinderen.
Ik stuit op een dansles met Joska aan mijn zij. Zij is bijna vier jaar en heeft
vlindervleugels op haar rug. Ze had vaak vlindervleugels op haar rug, besef ik
nu… Altijd verkleed, en meestal met vleugels.
Ik kijk met enorme warmte en trotsheid naar ons twee daar in die les. Ik voel
geen verdriet, maar enkel en alleen liefde. En een trots en dankbaar gevoel dat
ik haar moeder heb mogen zijn. Zo’n prachtige meid.
Wat een bijzondere ervaring is dat zeg. Altijd zocht ik de herkenning en
erkenning binnen het verdriet op. Merlijn en Isa schreven in hun boek ‘Je bent
niet alleen’ over het verdriet dat te weinig ruimte krijgt omdat het wordt
opgeslokt door de dagelijkse gang van zaken. Er komt langzaamaan een onbestemd,
unheimisch gevoel over je heen, dat je eerst niet zo kunt plaatsen. Tot je
weet: verdriet! Het moet eruit! Je pakt foto’s van je geliefde, luistert zijn
of haar muziek of leest in een boek tot de tranen komen. Zwelg maar even in je
verdriet en pijn. Het lucht op.
Ik herken het.
Enorm.
Misschien dat ik daarom met zoveel warmte en zo zonder tranen kan kijken naar de video waar Joska en ik samen met de andere kindjes door de speelzaal van de school dansen. Ik hoef even niet meer te huilen. Ik ben vervuld met trotsheid, liefde en warmte. Ik omarm wat er was en is.
Het schrijven van deze blog duurde lang. Telkens begon ik en telkens stopten de
woorden. De woorden in Word, de woorden in mijn hoofd. Ik voel geen behoefte
meer om te schrijven. Van Traan naar Woord heeft zijn functie gehad. Het gaat
goed met me. Tijdens mijn zoektocht naar de afbeelding van de vrouw, zodat ik
deze terug kan hangen boven mijn bed, kom ik een kaartje van Joska tegen. Het
kaartje schreef ze in 2014. Wat schrijft ze mooie, lieve en warme woorden aan
me. Mijn gedachten rekenen terug. Je was dus 12. Tranen wellen op, steken in
mijn hart. Dat zal blijven. Het kan naast elkaar bestaan.
Je ontmoet de mensen
die je nodig hebt. Zij zeggen woorden, fluisteren zinnen en openen kanalen,
waardoor je vrijheid weer toe kan laten. Vrijheid om te leven en je niet te verschuilen achter wat je meemaakte. Hoe eng dat misschien soms ook is, omdat de ketenen van het verleden bekend en daardoor vertrouwd en veilig voor ons zijn. Het is een terugkerend fenomeen voor
eigenlijk eenieder. Niet alleen voor mij. Je moet het alleen zíen. Je moet het
alleen toelaten en toepassen. En… je moet dat alléén doen.
Wanneer ik deze blog doorlees zie ik de golven van mijn buien door de letters heen, lees ik zelfs tegenstrijdigheden in mijn uitspraken. Soms moet ik glimlachen om de herkenning van hoe dat gaat bij mij, soms denk ik: Anusch, zeik niet zo. Dit is gewoon hoe het leven is. Ik besef dat mijn gedachten telkens startten, een richting op gingen, maar dan toch ook weer stilvielen. En in die stilte gebeurde de omarming van het moment. De omarming van de nieuwe stappen die ik dit jaar ga nemen en waar ik mijn focus op ga leggen. Het delen blijft essentieel in mijn bestaan, maar delen via deze blog daar neem ik voorlopig afstand van.
Ik bel Filomena op om haar in de eerste plaats te bedanken voor haar
bevrijdende woorden. Ze waren gedurfd, maar ik voelde de intentie meteen en
keerde afgelopen decembermaand keer op keer terug naar deze intentie. In de
tweede plaats vertel ik haar dat ik graag vanaf 6 maart dansles aan kinderen
kom geven. Voorlopig voor een korte periode, maar ik geloof eerlijk gezegd dat
al mijn mitsen en maren aan de kant gezet gaan worden. Aan de kant gezet door
het gevoel dat ik leef. Dat dít is wat ik moet doen. Dat dit is wat ik ben.
Ik doe mijn
ogen dicht en lig op het strand van Lanzarote, voel de zon op mijn huid en dank
de personen die er zijn en al waren en die er zijn en ineens waren.
Hier op aarde en ook daarboven.
Dag lieve
mooie dochter, ik houd van je.
Jij neemt mij mee en ik neem jou mee.
Mee in het leven, mee in het universum, mee onder het dekentje op mijn bank,
mee met jouw knuffelkonijn in mijn bed, mee in de dansles, zoals ik je meenam 17 jaar geleden met je paarse vlinders op je rug. Dank dat ik je moeder mocht
zijn. Dank dat ik je moeder mag zijn.
Geef onze dappere dodo poes Curry een knuffel van me. Ik mis hem. Kitty-tje
logeert voorlopig bij Marijn.
De kaart die boven mijn bed hing kan ik niet vinden. De vrouw in kleermakerszit
zit in mijn hoofd. De kaart, die ernaast hing, vind ik wél terug op een
stapeltje. Dan stuur ik die maar mee.
Dag mooierd. Ik houd je even stevig vast. Gek, het voelt ineens als weer een stukje loslaten. Waar komt dat vandaan dan? Beetje eng gelijk ook. Ik onderzoek het gevoel en besef dat het geen loslaten van jou is. Het is een stapje in het loslaten van het rouwproces. Ik ga verder.
Love you, liefie. Ik kan het niet vaak genoeg zeggen. 💖💖
Hij voelt aan mijn pols en zegt 'Je hebt geen stress meer'. Ik glimlach, want dat klopt inderdaad. Ik voel me rustig. Ik voel me goed. Zeker rondom Joska. Zo bijzonder.
Daarna kijkt hij naar mijn tong en die vindt hij nogal rood. Op mijn vraag wat dat betekent antwoordt hij: 'Dat is frustratie. Frustratie naar je zelf, naar hoe je bent'. Weer moet ik glimlachen, want is dat niet precíes waar deze blog over gaat? Ik vertel hem over die enorme pieken en dalen in mijn (dagelijkse) emoties en hoe vermoeiend ik dat kan vinden. Voor mezelf en ook wel voor de mensen om me heen. Ik kan zó blij zijn en een paar minuten later zo verdrietig of boos ergens om worden. Ik lees dat zo ontzettend terug in de woorden van deze blog. 'Ja, dat is bewustwording. En dan ga je erover nadenken. En dat is heus goed, maar dan wordt je onderbewustzijn weer ondergesneeuwd.'
Tja, en als ik dan eigenlijk meer omarm dat dat bij mij nou eenmaal zo werkt dan geeft dat rust. 'Precies... je weet niet wat je ermee wilt en dat is de frustratie.'
Van BEWUSTWORDEN via mijn blog, via dat denken naar BEWUST ZIJN.
Ik maak een nieuwe afspraak voor over 2 weken en stap op mijn fiets de regendruppels in.